U heeft vast al gehoord over de uitbraak van Rhino. Hierbij een beperkte samenvatting van een mooi artikel op Bit.
Voor meer informatie kunt u dit artikel volledig lezen.
Na de eerste uitbraak van rhino in Valencia zijn er al op meerdere plaatsen in Europa paarden besmet met het Equine Herpes Virus (EHV). Een uitbraak van rhinopneumonie zorgt vaak voor paniek onder paardenhouders. Maar is dit terecht? Moet er verplicht worden gevaccineerd? Er is nog veel onwetendheid over deze besmettelijke infectieziekte. Bit zet op een rijtje wat rhinopneumonie precies is, welke verschillende symptomen er zijn en wat er gedaan kan worden als je paard het krijgt.
Rhinopneumonie, kortweg rhino, is een besmettelijke infectieziekte, die wordt veroorzaakt door het equine herpesvirus. De naam rhinopneumonie doelt op problemen aan de luchtwegen, maar naast de ‘luchtwegvariant’ van rhino kan de infectie nog twee andere types symptomen veroorzaken. Dit zijn abortus en zenuwstoornissen.
Bijna alle paarden zijn drager van het rhinovirus. Wist je dat 80 tot 90% van de paarden al in contact komt met het herpesvirus dat rhinopneumonie veroorzaakt vóór hij twee jaar wordt? Meer dan 90% van de paarden in Nederland heeft afweerstoffen in zijn lichaam tegen EHV4. Bij EHV1 is dat minder: daarvoor hebben ongeveer 30% van de paarden in ons land afweerstoffen. Als een paard eenmaal geïnfecteerd is, blijft het virus ‘slapend’ in het paard aanwezig. Eigenlijk net als een koortslip bij mensen. Paarden hoeven jarenlang geen enkel symptoom van de ziekte te vertonen, maar de infectie kan op elk moment gereactiveerd worden.
Wordt een paard ervan verdacht rhinopneumonie te hebben, dan is het heel belangrijk om dit zo snel mogelijk vast te stellen. De dierenarts kan daarvoor een neusswab of bloedmonster nemen. Bij de abortusvariant kan de foetus of nageboorte worden getest of een vaginaal monster worden genomen. Het is aan te raden om paarden die mogelijk in contact zijn geweest met het zieke dier, ook te testen. Zelf kun je de lichaamstemperatuur regelmatig controleren, want koorts is het eerste alarmsignaal bij rhinopneumonie.
Behandeling
Als er rhinopneumonie is vastgesteld bij een paard, is het afhankelijk van de vorm welke behandeling er nodig is. Bij de verkoudheidsvorm is therapie doorgaans niet nodig. Wel kan er ter ondersteuning een slijmoplossend middel worden gegeven en bij erg zieke dieren ontstekingsremmers. Merries die hun veulen hebben verworpen, hebben doorgaans ook geen behandeling nodig. Als het veulen verzwakt wordt geboren, moet wel goed worden overwogen of behandeling zinvol is, omdat de prognose voor het dier vaak slecht is. Bij de neurologische vorm van rhino (waarbij het paard ligt), kan het nodig zijn om het paard te ‘takelen’; dus in de benen te krijgen. Bij blaasverlamming kan de blaas worden gekatheteriseerd en gespoeld. Ook kunnen aspirine of ontstekingsremmer worden gegeven. Echter wanneer het paard volledig verlamd is, is de prognose niet best. In dat geval moet er vaak worden overgegaan op euthanasie.
Vaccineren kost zo’n negentig euro per paard per jaar
